Madaoki - schubben met een schaduw onder de huid.
Magoi - een zwarte karper, een vroegere voorloper van de moderne Nishikigoi.
Makibura - een rode tekening die om het lichaam heen loopt.
Maruten - een Koi met een aparte rode vlek op de kop en aanvullende vlekken op het lichaam.
Maruten Kohaku - een Kohaku met een parte rode vlek op de kop en aanvullende vlekken op het lichaam.
Maruten Sanke - een Sanke met een aparte rode vlek op de kop en aanvullende vlekken op het lichaam.
Matsuba - een Koi met zwarte vlekken midden op de schubben van het lichaam. Ook dennenappeltekening genoemd. Niet-metaalkleurige Matsubakoi worden onderverdeeld in kawarimono; metaalkleurige Matsuba vallen onder de Hikarimono.
Matsuba Ogon - een term voor Kin Matsuba - Hikarimono.
Matsukawa-Bake - een niet metaalachtige zwarte-witte Koi waarbij de tekening verandert met het seizoen en de watertemperatuur - Kawarimono.
Meija Tijdperk - een periode uit de japanse geschiedenis 1868-1912.
Menkaburi - een vroegere Kohaku met een rode kop.
Menware - de traditionele koptekening van een Showa, waarbij de zwarte tekening de rode vlek op de kop in tweeën splitst.
Midori - groen.
Midorigoi - een zeer zeldzame Koi, lichtgroen met zwarte of zilverkleurige schubben.
Mizu Asagi - een hele lichte Asagi.
Mono - een.
Moto - of 'oorsprongkelijk sumi' d.w.z. zwarte vlekken die op jonge vissen te zien zijn en die ook op de volwassen exemplaren zichtbaar blijven.
Motoguro - een koi met zwarte aanzet op de borstvinnen.
Moto Hi - een Koi met rode aanzet op de borstvinnen.
Muji - natuurlijk kleur. Letterlijk 'niets anders'.