Scroll Top

Filtratie

Het belang van filtratie is hopelijk hierboven duidelijk geworden (anders heb ik mijn werk niet goed gedaan). Voeren betekend vervuilen. Maar waar bestaat die vervuiling dan uit? Het voer wat wij onze koi geven bevat eiwit of proteïne de bouwstenen voor het lichaam. De spijsvertering van de vis breekt dit eiwit af. Het afvalproduct is ammonia. Ammonia is bij een te hoge concentratie zeer giftig voor de koi. Bij een langdurige hoge ammonia- concentratie zal de vis ziek worden en overlijden. De natuur heeft er zelf voor gezorgd dat er bacteriën zijn die ammonia afbreken tot nitriet. Gelukkig denken we dan dat is mooi meegenomen. Niets is minder waar. Nitriet is immers nog net zo schadelijk voor de koi. Wederom helpt de natuur een handje doordat ze ook bacteriën heeft ontwikkeld die nitriet omzetten in nitraat. Nitraat is een minder schadelijke stof wat we uit de vijver kunnen verwijderen door voldoende water te verversen. Het omzetten van ammonia tot nitriet en nitriet tot nitraat noemen we de stikstofkringloop.

De natuur heeft de bacteriën ontwikkeld. Het is de taak van de hobbyist deze bacteriën een onderkomen te geven waarin ze zich kunnen vestigen en vermenigvuldigen. Dit onderkomen is ons biologisch filter. Het is zaak om de hoeveelheid afval wat de vis produceert af te stemmen op het aantal bacteriën die er nodig zijn om de stikstofkringloop goed te laten verlopen. Dit klinkt moeilijk en jammer genoeg kan ik het niet makkelijk maken. Wij informeren u alvast dat er op 1 gram stikstof twee tot drie vierkante meter bacteriën nodig zijn om de stikstof kringloop succesvol te laten verlopen. Dit verhaal zal later duidelijk worden.

In de inleiding van dit verhaal heb ik het belang duidelijk gemaakt om de koi vijver in èèn keer zo goed mogelijk aan te leggen. Het filter is èèn van de belangrijkste onderdelen hiervan. U bent namelijk in eerste instantie waterhouder en dan pas koihouder. Het filter en de capaciteit ervan moet afgestemd zijn op de uiteindelijke hoeveelheid vis die u in uw vijver wil en kan hebben. Daarmee samengaand de hoeveel voer wat in de vijver beland. Dus uiteindelijk de hoeveel afvalstoffen die er in het filter terechtkomen. Het is natuurlijk ondoenlijk telkens als er een paar koi bijkomen, of als na een succesvol jaar uw koi weer eens 10 cm gegroeid zijn, een nieuw filter aan te schaffen. Het is dus wenselijk dat u een filter aanschaft, of in ieder geval een mogelijkheid creëert, met een filtercapaciteit die voldoet aan de mate van vervuiling bij een volledige bezetting van de vijver.

Hoe wordt deze vervuiling nu bepaald. Het koi vijver filter moet in staat zijn vervuilingpieken op te vangen. Deze pieken zullen ontstaan in de periode waarin u het meeste voert. Dit is dus meestal de zomer. In deze periode wordt er vaak tot twee procent van het lichaamsgewicht van de koi gevoerd. Het eiwit gehalte van dit voer ligt rond de 40 en 45%. Weet u nog, eiwit wordt door het spijsverteringskanaal omgezet in ammonia. Als we weten hoeveel we per dag voeren, kunnen we ook uitrekenen hoeveel afvalstoffen er in het water komen. Met de tabel die onder het kopje voeren wordt weergegeven heeft u een indicatie welke hoeveelheid u kunt voeren. Voor de zekerheid stellen we dat 45% van de dagelijkse hoeveelheid voer uit eiwitten bestaat. Daar laten we een factor van 6.25 op los. De uitkomst daarvan is de behoefte in het aantal vierkante meters bacteriën.

Een voorbeeld. Stel er wordt op een zomerse dag 400 gram voedsel gevoerd met een eiwitgehalte van 45%. Er wordt dus 180 gram eiwit in het water gegooid. De factor 6.25 later we hier op los (dit gegeven komt uit de consumptie karper kwekerijen). 180 Gram delen we door 6.25. De uitkomst is hiervan 29. We hebben dus 29 vierkante meter bacteriën nodig om 400 gram voedsel te verwerken. Echter de factor 1 gram stikstof op 1 vierkante meter bacteriën zou alleen gelden als alle variabelen perfect in orde zouden zijn. Deze variabelen kunnen b.v. zijn de zuurtegraad en hardheid van het water. De concentratie zuurstof en de watertemperatuur speelt ook een grote rol bij de werking van het filter. Voor de zekerheid gaan we in het eerste jaar uit van drie vierkante meter bacteriën om 1 gram stikstof te verwerken. Na dit jaar, waarin het filter de kans heeft gekregen te rijpen, kunnen we toe met twee vierkante meter bacteriën per gram stikstof.

Ik hoor u al denken. Hoe is dat te berekenen drie vierkante meter bacteriën per 1 gram stikstof? Hoeveel is èèn vierkante meter bacteriën? Gelukkig heeft de handel daar een oplossing voor gevonden en filter media ontwikkeld waarvan bekend is hoeveel vierkante meter bacteriën ze kunnen dragen.

Een voorbeeld:

PPC matten en Japanse matten: 275 vierkante meter bacteriën per kubieke meter media. Nu moet worden uitgerekend hoeveel kubieke meter een mat is. Stel dat zo een mat 1 vierkante meter is met een dikte van 5 cm dan is deze mat dus 5% van een kubieke meter dus heeft dit product de mogelijkheid om 14 vierkante meter bacteriën te huisvesten.

Bij de aanschaf van filtermedia kunt u informeren naar de vierkante meters oppervlakte van het media.

Nu we weten hoeveel media we nodig hebben, zullen we een omkasting voor deze media moeten vinden. Deze omhuizingen zijn er in velerlei soorten. Een paar voorbeelden. Het traditionele nat- of meerkamerfilter, een bead- filter, een filter gebaseerd op het vortexprincipe, een trickelfilter etc. Het is aan de hobbyist zelf te kiezen welke manier van filteren hij/zij verkiest. Deze omkasting moet dus groot genoeg zijn om zoveel filtermedia te kunnen bergen als we nodig hebben bij de uiteindelijke bezetting en vervuilingsgraad van de vijver. Maar hoe bepalen we de uiteindelijke bezetting van de vijver. Dat komt nu aan de orde.

× Kan ik u helpen?